Het doel van Synchroon is om plekken beter te maken voor de mens, natuur en ecologie. StadsBuiten pakt urgente thema’s op als klimaatverandering, hittestress, wateroverlast en afnemende biodiversiteit. Bovendien vliegt het maatschappelijke vraagstukken aan zoals eenzaamheid en gezond leven. Eerenberg: “Wij denken niet alleen vanuit de mens en zijn woonbehoefte, maar wij bekijken ook hoe wij ecologisch kunnen bijdragen.”
Staatsbosbeheer voegt daar vanuit zijn rol als beheerder nog een aantal heikele thema’s aan toe. “Wij leven in een tijd waarin de natuurkwaliteit van het stedelijk gebied en het buitengebied nogal onder druk staan. Kijk maar naar de stikstofcrisis. We zien verder dat de letterlijke afstand tussen kinderen en de natuur steeds groter wordt. Het is niet meer vanzelfsprekend dat een 8-jarig kind in zijn eentje in de natuur komt. De verleiding om binnen te blijven is groter dan de verleiding om naar buiten te gaan. De stad versteent steeds meer. Je moet mensen naar buiten, maar de natuur ook in de stad brengen.”
Ook zijn recreatiepatronen veranderd. Vaak staan steden met de rug tegen de natuur gekeerd. Prachtige gebieden liggen voor het oprapen, maar er zit een ‘tankgracht’ tussen. Natuur en stad zijn niet op elkaar aangesloten. Mensen recreëren er niet eens meer, maar komen er slechts doorheen, op weg naar elders.
Verandering
Synchroon heeft meerdere gebieden op het oog voor StadsBuiten. De ontwikkelaar ‘daagt’ diverse belanghebbenden uit voor een gesprek. Het gaat om overbemeste polders, oude industrieterreinen of voormalige boerenerven. Die rafelranden bieden kansen voor herontwikkeling. Een accupunctuur van doeltreffende ingrepen die een kwaliteitsimpuls geven zowel voor de stad als de natuur.
Voor elk gebied geldt maatwerking. Het motto is altijd delen wat kan en scheiden wat moet. “Wij stimuleren een gemeenschappelijk, openbare ruimte, maar misschien krijgt elke woning wel een eigen veranda, balkon of een andere privéruimte”, verduidelijkt Eerenberg. De woningen staan niet netjes geordend in een rij, maar liggen uitgestrooid over het gebied in het groen. Er is weinig verharding. Elektrische (deel)auto’s staan aan het begin van het wijkje. De collectieve tuin (voor sociale interactie) wordt samen onderhouden. Het kan gaan om een enkel wijkje, maar ook om een variatie van dit soort buurten geclusterd. Met groene assen wordt op de schaal van de stad een duurzame relatie gelegd tussen deze wijken en de verrassend rijke stadsecologie van de (binnen)steden. Natuur is de verbindende factor. De vlinder en de wandelaar vinden er blindelings hun weg.